2.18.19 Inventaris van het archief van het Raadgevend Ingenieursbureau V.W. van Gogh, 1906-1967

De ordening van het archief is een dossierstelsel geweest: de dossiers waren geborgen in metalen schuifladen, die van alfabetische tabs waren voorzien. De verschillen in tabs suggereerden een dubbele alfabetische ordening, maar doordat de oorspronkelijke orde is verstoord, kan niet worden uitgemaakt of deze dubbele ordening chronologisch was (bijvoorbeeld vóór- en na-oorlogse stukken) dan wel functioneel (enerzijds rapporten, anderzijds correspondentie). Afzonderlijke berging van de archiefstukken inzake de reorganisatie van de belastingdienst was noodzakelijk: Van Gogh ontwierp hiervoor een specifieke zaaksgewijze ordening met een eigen praktijksystematiek.

In de uiteindelijke lijst is de dossier-ordening van de archieven inzake de belastingdienst gehandhaafd: de beschrijvingen refereren naar de door Van Gogh zelf aangebrachte benaming. De overige dossiers inzake adviezen van het bureau zijn in alfabetische orde beschreven, alleen zijn stukken betreffende adviezen aan rijksoverheidsinstellingen zijn apart beschreven. In het archief zijn ook vermoedelijk particuliere stukken van ir V.W. van Gogh verwerkt, die betrekking hebben op het gebied van research en efficiency. In het Van Goghmuseum in Amsterdam blijven de stukken die betrekking hebben op zijn bemoeienis met betrekking tot de artistieke nalatenschap van zijn vader, de kunsthandelaar Theo van Gogh, en zijn oom, de schilder Vincent van Gogh, alsmede de oprichting van het Stedelijk Museum, het Museum Kröller-Müller, het Van Goghmuseum en overige instellingen.